The Library
We hoeven de waarheid niet helemaal in ons eentje te achterhalen. Zo nu en dan verschijnen er boodschappers aan ons, ieder met zijn eigen persoonlijke bericht over het bestaan van een hogere macht en de noodzaak van een hoger leven.
2.1.6.4We kunnen het Overzelf helpen ons naar het doel te voeren door ons te laten leiden door een bekwame spirituele leraar, of we kunnen het Overzelf hinderen door ons vast te klampen aan het ego. Maar een onbekwame leraar zal het Overzelf óók belemmeren, en feitelijk een kanaal worden voor de waarheidsverhullende tactieken van het ego.
2.1.6.5Geluk is afhankelijk van de mate waarin wij het leven begrijpen…
2.1.6.12,Het is waar dat de hemel zich zowel binnen als buiten ons bevindt. Maar in de meeste gevallen zijn we enkel in staat dit door tussenkomst van een waarachtige geestelijke begeleider tot onze eigen waarheid te maken.
2.1.6.16We hebben iets of iemand nodig om ons van het ego naar het daar achter liggende Overzelf te leiden.
2.1.6.25Eén of twee zinnen van een geïnspireerd mens kunnen in iemands geest een onbewust proces in gang zetten, en uiteindelijk leiden naar een nieuwe waarheid of een nieuwe kijk.
2.1.6.63We moeten een intieme, innerlijke relatie opbouwen met iemand wiens mededogen groot genoeg is om ons te begrijpen en wiens vermogen genoeg ontwikkeld is om ons te kunnen helpen. Het maakt niet uit of diegene leeft of dood is.
2.1.6.78Het is niet onontbeerlijk een leraar van vlees en bloed te vinden, hij of zij kan ook via het gedrukte woord tot ons komen. Een boek kan een erg doeltreffende leraar en gids zijn.
2.1.6.81Als we niet in het directe gezelschap van een wijze kunnen verkeren, moeten we ons tevreden stellen met het één na beste, namelijk haar of zijn gedrukte teksten.
2.1.6.82Persoonlijk contact met een meester hoeft niet noodzakelijkerwijs via een ontmoeting in levende lijve plaats te vinden. Dit kan ook gebeuren middels een door hem geschreven brief – en tot op zekere hoogte zelfs ook middels een door hem geschreven boek. Want zijn geest openbaart zich in deze pennenvruchten. Als het dus niet mogelijk is de meester fysiek te ontmoeten, kunnen wij hem dus mentaal ontmoeten en dezelfde resultaten behalen.
2.1.6.86De scherpzinnige leerling zal zich zijn hele leven vasthouden aan de geschriften van verlichte meesters en er telkens naar terugkeren. Hun werken zijn het allerzuiverste, gemaakt van puur goud en niet van legeringen.
2.1.6.87Eén van de manieren om deze vonk tot een vlam te laten uitgroeien is het lezen van geïnspireerde literatuur, heilige geschriften of andere teksten. Door middel van hun boeken kunnen we ons mentaal verbinden met diegenen die zelf geheel en al door deze liefde geïnspireerd werden.
2.1.6.109Als we geen groot verlangen naar de waarheid hebben, kunnen we op onze zoektocht wel duizend meesters tegenkomen zonder hen als zodanig te herkennen of ook maar iets van verrukking in hun nabijheid te ervaren. Dit verlangen moet minstens even groot zijn als de honger van iemand zonder eten, of de wanhoop van een reiziger verdwaald in de woestijn.
2.1.6.121De zoeker die aarzelend naar de juiste richting op zoek is, zou de hulp van een kundige gids moeten verwelkomen. Maar wanneer zo'n gids zich niet in levende lijve aandient, is een persoonlijke leerling van die gids of – bij gebrek daaraan – een boek dat door die gids geschreven is, het beste alternatief.
2.1.6.163Er wordt vaak gezegd dat de Leraar komt wanneer de leerling er klaar voor is. Maar ik heb nog nergens de bewering kunnen lezen die daarop voortborduurt, namelijk dat deze leraar onzichtbaar en onhoorbaar zou kunnen zijn; dat deze zich volledig in onszelf zou kunnen bevinden.
2.1.6.167Iets in ons lijkt de ware leraar te herkennen zodra hij ons leven binnentreedt. Dat is geen wonder als we gaan inzien dat het zichtbare heden zijn oorsprong heeft in het onzichtbare verleden, en dat het leerlingschap een relatie is die geboorte na geboorte terugkeert…
2.1.6.227,Eén van de tekenen dat we de juiste meester hebben gevonden is wanneer we ontdekken dat hij of zij ons meer dan wie ook inspireert om dieper in onszelf af te dalen tijdens meditaties.
2.1.6.228Degenen die zijn ego buiten zijn werk probeert te houden, die mens en God samen probeert te brengen zonder zichzelf er tussen te plaatsen, is een waarachtige boodschapper.
2.1.6.342Het is de wil van een hogere macht dat wanneer ons innerlijke oog zich geopend heeft, we aangewend zullen worden om dat oog bij anderen – voorzover dat nog niet gebeurd is – te openen.
2.1.6.399Wat een gids in bepaalde gevallen zou kunnen doen is het faciliteren van het ontwaken tot een hoger bewustzijn en het vergroten van de ontvankelijkheid voor hogere waarheden.
2.1.6.401Het is meestal ondoenlijk voor een leerling om uit te maken wie een goede leraar zou kunnen zijn. Maar soms is het best mogelijk in te zien wie er geen goede leraar is. De leerling kan deze negatieve test op het gedrag en de lessen van de beoogde leraar toepassen.
2.1.6.406De belangrijkste bijdrage van de Leraar is de leerling de weg te wijzen, zowel de innerlijke als de uiterlijke. Dit verkort zijn reis met meerdere levens, die anders besteed zouden moeten worden aan zwerven, verkennen, aftasten en zoeken.
2.1.6.442Het woord ‘leider’ geeft aan dat er anderen zijn die geleid worden. Maar een spiritueel leider van het type zoals hier beschreven wil geen massa blinde volgelingen. Hij is er tevreden mee om anderen een aantal inspiraties, ideeën en inzichten aan te reiken, en hen tóch vrij te laten om hiermee om te gaan zoals ze zelf willen, zonder enige verplichting zich bij een beweging aan te sluiten.
2.1.6.497Het is de plicht van de leraar om de creativiteit van zijn leerlingen te bevorderen, niet hun vermogen tot imiteren; hij dient zijn leerlingen aan te moedigen hun eigen inspiratie te ontwikkelen.
2.1.6.512De meester onderwijst met liefde wat de student met eerbied dient te leren.
2.1.6.553Er is geen verbintenis zo sterk, geen aantrekkingskracht zo diep als die tussen Meester en leerling. Bijgevolg blijft deze band incarnatie na incarnatie in stand.
2.1.6.560Het vurige verlangen om leerling te worden en de waarheid te leren kennen is een eerste noodzakelijke voorwaarde. Als deze voorwaarde niet is ingevuld kunnen we niet verder; als deze wél is ingevuld zal alles op een natuurlijke wijze beantwoord worden door het Overzelf.
2.1.6.638Van alle mogelijke werkzaamheden die we voor onszelf kunnen vinden, van alle verschillende manieren waarop we onszelf kunnen uitdrukken, is er niets hogers dan het leiden van anderen vanuit de illusie naar de realiteit. Het is daarom niet verkeerd onze inspanningen in die richting met eerbied te beschouwen en onszelf met grote toewijding te behandelen.
2.1.6.659Zelfs zonder leraar is het mogelijk onze inspanningen te vergroten. Alles om ons heen kan onderwerp van onze studie worden: we kunnen onze persoonlijke geschiedenis onderzoeken om ons bewust te worden van de betekenis van vroegere en huidige ervaringen. Elke situatie die zich voordoet, stelt ons in de gelegenheid onszelf objectiever gade te slaan.
2.1.6.683Het is niet voldoende om iets van iemand te leren. De waarheid ervan moet aan persoonlijke ervaring getoetst worden en de waarde ervan wordt afgemeten aan dat wat we zelf al weten.
2.1.6.714Een leraar kan alleen iemand helpen om zichzelf te helpen. Uiteindelijk hangt het van onze eigen inspanningen af of we de wijsheid en schoonheid ontdekken waar we naar op zoek zijn, en die zich reeds bij nu in ons bevindt. Om succes te hebben dienen we ons onvervaard en voortdurend in te spannen. Elke mislukking zou enkel onze vastberadenheid dienen te stimuleren.
2.1.6.717Ervaring zal de leerling uiteindelijk leren dat hij voor verlossing alleen naar zichzelf moet kijken. De laatste woorden van de stervende Boeddha, hoewel gericht aan zijn eigen leerlingen, zijn voor mij een nuttige leidraad geweest: “Zoek geen toevlucht tot iemand anders dan uzelf.”
2.1.6.720… Alles wat hij aanroept om verlichting tot stand te brengen is reeds binnen hem aanwezig, al is het verborgen en onderontwikkeld. Door studie, oefening en praktijk kan de kandidaat zijn eigen leraar worden. Vroeger of later zal hij dit werk zelf ter hand moeten nemen. Het idee dat iemand anders dit voor hem kan of wil doen is een illusie…
2.1.6.722,Wij moeten harder aan ons karakter werken dan ooit, door ons ego te overwinnen en onze geest ontvankelijker te maken voor de geestelijke Genade die tijdens een initiatie zou kunnen neerdalen.
2.1.6.761Naarmate we dieper in onszelf binnengaan, hebben we minder behoefte aan gedachten en woorden, want in deze verbazingwekkende eenheid smelt alle complexiteit weg. We kunnen niet nauwkeurig denken of spreken over deze sublieme staat. Vandaar dat de enige manier om deze staat goed uit te kunnen drukken is gelegen in – stilte!
2.1.6.778De ziel zal ons in etappes naar onszelf leiden. Zo kan de ziel ons leiden naar eerbied voor een bijbelse figuur of naar toewijding aan een levende meester, en dan – wanneer deze hun rol hebben gespeeld – steeds verder en daaraan voorbij. Want de zoektocht verloopt via de wereld van dingen en mensen naar de wereld van de leegte van de Geest; van gedachten en vormen naar het Goddelijke dat vrij van gedachten en zonder vorm is.
2.1.6.796Pas in een laat stadium komen we tot het besef dat de échte gever van Genade, de échte helper op ons pad, de échte meester niet de geïncarneerde meester buiten ons is, maar het Overzelf in ons eigen hart. Wat de levende meester voor ons doet is het wekken van onze slapende intuïtie en ons sluimerende streven, ons de impuls en leidraad geven voor de nieuwe zoektocht, ons wijzen op de obstakels die verbetering van ons persoonlijke karakter in de weg staan en ons helpen hier mee om te gaan.
2.1.6.816Wanneer we dieper nadenken dan de grote massa van goeroe-volgers durft te doen, zullen we merken dat er uiteindelijk voor ieder van ons maar één leraar is: ons eigen Overzelf... Waarom gaan we niet rechtstreeks naar de bron?
2.1.6.821,Het hogere zelf is de hoogste spirituele gids die onze eerbied waard is en de werkelijk spirituele helper waarop we kunnen vertrouwen.
2.1.6.822Als de ontdekking van de Waarheid het vinden van het antwoord op de vraag Wie ben ik? is, is er dan een betere Leermeester denkbaar dan het Ik zelf..?
2.1.6.839,Bij de gedachte aan de hogere macht zal er spontaan een beeld in onze geest opkomen. Het zal het beeld zijn van degene die de hogere macht aan ons openbaart of deze vertegenwoordigt.
2.1.6.844
17 sep 2018
28 sep 2019
5 sep 2018
21 jan 2014
1 jan 2019
28 jan 2019
9 nov 2015
3 feb 2018
1 feb 2013
25 sep 2015
25 jul 2018
21 apr 2017
4 apr 2018
2 aug 2024
5 okt 2022
26 okt 2019
21 jun 2015
15 jan 2022
14 sep 2022
11 dec 2020
11 maa 2013
29 sep 2017
28 maa 2017
14 jul 2021
16 apr 2013
16 jul 2019
29 jan 2014
12 jul 2017
9 okt 2014
29 okt 2021
7 mei 2018
27 nov 2021
27 nov 2011
10 mei 2019
25 apr 2016
22 mei 2023
24 jan 2015
27 feb 2018
31 aug 2012
19 jun 2017
23 apr 2024
The notebooks are copyright © 1984-1989 The Paul Brunton Philosophic Foundation
This site is run by Paul Brunton-stiftelsen · info@paulbruntondailynote.se