The Library
… De dag zal komen dat de wetenschap uit haar materialistische slaap zal ontwaken en nederig zal erkennen dat de menselijke ziel werkelijk bestaat…
2.1.2.1,… Waarom heeft de mens sinds onheugelijke tijden zo’n enorme belangstelling voor godsdienst, mystiek en filosofie gehad? Zijn verlangen naar een goddelijker leven is een onbewuste getuigenis van het bestaan ervan. Het is de aanwezigheid van de goddelijke ziel in hem die zijn belangstelling aangewakkerd heeft, het goddelijke leven in zijn hart die dit verlangen heeft doen opbloeien…
2.1.2.1,Wat echt het hoogste doel van ons leven is? Dat is om door ons hogere zelf in beslag genomen te worden. Al het andere ervaren we als onbevredigend…
2.1.2.1,… Als de geest van zichzelf bewust wil worden, is dat enkel mogelijk als zij zichzelf bevrijdt van de onophoudelijke stroom van gedachten. Het systematisch beoefenen van meditatie is een moedwillige poging om dat te bereiken…
2.1.2.1,… De mysticus die urenlang mediteert, verspilt zijn tijd niet, hoewel hij zich overgeeft aan iets dat voor sceptici zinloos lijkt. Integendeel, zijn meditatie is juist van levensbelang...
2.1.2.1,… ik zou mijn plicht tegenover de minder fortuinlijken verzaken als ik uit angst om voor opschepper uitgemaakt te worden, niet zou zeggen dat mijn onderzoek me tot de onomstotelijke ontdekking van de ziel heeft geleid…
2.1.2.1,Hemel en Aarde verenigen zich in ons. Wij zijn vrij om te genieten van zowel het een als van het ander. Het eerste leidt tot gemoedsrust, het tweede bindt ons aan het rad van het ego. Wie oprecht toegang wil tot het goddelijke kan het vinden, maar wij moeten zelf de eerste stap zetten.
2.1.2.17Zij, die ondanks hun bezittingen en wat ze in de wereld bereikt hebben een leegte in hun hart voelen, verlangen misschien wel onbewust naar het Overzelf.
2.1.2.28Kunnen we een brug slaan tussen het leven hier op aarde met al zijn zorgen en het vreedzame eeuwige leven? Zijn die twee voor altijd gescheiden? Elke ziener, wijze en heilige geeft een positief antwoord op de eerste vraag en een negatief op de tweede.
2.1.2.31Zij die de weg naar dit Pad hebben gevonden, laten hun doelloze omzwervingen uit het verleden voor altijd achter zich.
2.1.2.37Dat wat van ons gevraagd wordt is liefde voor het allerhoogste, verlangen naar de waarheid, dat we de goddelijk wetten naleven en een innerlijke balans bereiken.
2.1.2.60Degene die een sterk verlangen heeft naar de waarheid en een gevoel bezit voor de juiste waarden, heeft reeds enige van de onmisbare kwaliteiten die nodig zijn voor dit pad en zou een heel eind moeten kunnen komen. De wil om ondanks alle tegenslagen toch door te zetten samen met een speciaal soort geduld is ook essentieel – in het bijzonder in de eerste fase.
2.1.2.61Een hevig verlangen naar bevrijding uit onze huidige toestand is een voorwaarde voor de filosofische zoektocht.
2.1.2.63Om te krijgen waar we heel erg naar verlangen, wordt onze wil gewekt en gaan we er voor. Alleen wanneer we dankzij voldoende mate van levenservaring een zekere graad van volwassenheid hebben bereikt zijn we waarschijnlijk in staat diezelfde wil aan te wenden op de Zoektocht zelf.
2.1.2.65Iemand die een sterk gevoel voor dienstbaarheid heeft, emotioneel goed in balans en intellectueel goed toegerust is, is uitermate geschikt voor de filosofie.
2.1.2.75Als we even vastbesloten als serieus zijn, even onbaatzuchtig als zelfgedisciplineerd, even gevoelig als intuïtief, is het te verwachten dat we het ver zullen schoppen op onze zoektocht.
2.1.2.82De zoektocht dient in alle nederigheid te worden aangevangen en in nog grotere nederigheid te worden afgerond.
2.1.2.83Wanneer deze woorden diep in iemands ziel weerklinken, is dat het bewijs dat het intuïtieve vermogen van die persoon in voldoende mate in hem leeft om hem in staat te stellen van voortgezet onderricht te kunnen profiteren.
2.1.2.86De zoektocht is onaantrekkelijk voor zondaren en onnodig voor heiligen. Het is voor degenen die niet volledig onverschillig zijn voor wereldse verlangens noch er al te zeer aan gehecht zijn.
2.1.2.97Degenen die tevreden zijn met het centraal stellen van zichzelf vanuit de ego-gedachte, zullen zich niet aangetrokken voelen tot een dergelijke leer die de volgers ervan leert om een voortdurende onthechting van het ego te cultiveren.
2.1.2.105We kunnen ons afvragen of we wel toegerust zijn voor zo'n grote taak. Maar dan vergeten we dat we tot aan dit punt in de zoektocht geleid zijn, en dat hetzelfde hogere zelf of dezelfde macht die dit uit genade deed, ons nog verder kan leiden.
2.1.2.117Degene die wil samenwerken met de Wereldgedachte, die zich in alle dingen, alle wezens en het hele universum openbaart, er in harmonie mee wil leven alsook met zijn medemensen, zal vroeger of later door deze zoektocht worden aangetrokken.
2.1.2.118Of we nu in staat zijn om regelmatig te mediteren of niet, we kunnen nog steeds de noodzakelijke basis bezitten voor spirituele vooruitgang. Het betreft onze fundamentele gemoedsgesteldheid, een sterk verlangen om het bewustzijn van ons diepste wezen te bereiken.
2.1.2.124De reiziger op deze zoektocht is iemand die zijn bewustzijn en zijn wil gebruikt om zijn karakter te verbeteren en zijn hart te zuiveren.
2.1.2.125Dat de meeste mensen slechts oppervlakkige interesses lijken te hebben en nog niet klaar zijn voor de diepere denkbeelden van de filosofie, hoeft nog niet te betekenen dat ze ook geen geestelijke vooruitgang boeken. Integendeel, zij kunnen het juist heel goed doen op hun eigen specifieke ontwikkelingsniveau. Voor hen zal het simpelweg nodig zijn om nog veel vaker te reïncarneren voordat ze in staat zijn om de diepere waarheden te begrijpen.
2.1.2.136Elke leeftijd is geschikt om de filosofie te bestuderen of te beoefenen. Niemand is te jong om ermee te beginnen, of er te oud voor.
2.1.2.138Het is omdat we het Overzelf altijd met ons meedragen dat we nooit bezig zijn er naar te zoeken. Het gevoel van afwezigheid (van het bewustzijn) is wat ons tot zoeken aanzet. In onze onwetendheid interpreteren we onze gevoelens verkeerd en zoeken het buiten onszelf, tusen voorwerpen, plaatsen, mensen of zelfs ideeën.
2.1.2.158Ieder mens ontdekt steeds opnieuw voor zichzelf de oude vertrouwde waarheid, dat hij een heilige ziel bezit. We hoeven niet tot onze dood te wachten om daar achter te komen of – totdat het zover is – enkel op de woorden van overleden profeten te vertrouwen.
2.1.2.159Er bevindt zich een overvloed aan latente vermogens en intelligentie in ons innerlijk, waar we ons geen voorstelling van kunnen maken.
2.1.2.161Met tussenpozen, bij zekere serieuze, vreugdevolle of juist ontspannen gelegenheden kunnen we door een diep gevoel van heimwee overvallen worden naar iets wat we enkel schimmig en vaag menen te begrijpen. We geven het in onze onwetendheid misschien een andere naam, maar het is het verlangen naar onze ware spirituele bron.
2.1.2.163Wat een bittere ironie dat de ziel die zo dichtbij is – in ons eigen hart – in feite maar door zo weinigen gevoeld wordt!
2.1.2.164Als we met deze taak beginnen, weten we dat we niet ons eigen verlangen volgen, maar de weg die het hogere zelf voor ons heeft uitgezet.
2.1.2.168...Inderdaad worden wij opgeroepen om het ego te laten sterven; om onze begeerte en hartstocht, onze hebzucht en haat uit ons leven te bannen; de kunst te leren leven in volstrekte onafhankelijkheid van uiterlijke omstandigheden en in complete afhankelijkheid van het Overzelf. En dit is dezelfde oproep die Jezus deed, toen hij zei: Hij die zijn leven verliest, zal het vinden. Ofwel, de zorgen van ons leven op aarde zijn slechts een voorbijgaand middel tot een eeuwig doel; een proces waarbij we moeten leren ons te identificeren met het Overzelf in plaats van met het ego.
2.1.2.170,Als we niet vrijwillig tot deze zoektocht komen omdat deze naar de Waarheid leidt en wij van de Waarheid houden, dan moeten we er – tegen onze wil – toe gedwongen worden, omdat er geen andere manier is om onze lasten te verlichten en onze ellende te verkleinen.
2.1.2.171De meesten van ons zijn niet geneigd om wakker te worden zolang onze dromen plezierig zijn, maar uit nachtmerries ontwaken we des te sneller. Datzelfde geldt voor de droom die we dagelijks in wakende toestand beleven. Die zet ons pas aan op zoek te gaan naar een hoger leven wanneer deze droom tragisch of ernstig teleurstellend wordt. Pas als we door verdriet vraagtekens gaan zetten bij de waarde van ons leven, krijgen we oprechte belangstelling voor niet-wereldse zaken.
2.1.2.172Door bepaalde gebeurtenissen worden we op het spoor van de zoektocht gezet, of, als dat al gebeurd is, worden wij erdoor gestimuleerd een volgende stap te zetten. Het zijn vaak geen leuke gebeurtenissen, want ze hebben tot doel ons ego te verpulveren, of tijdelijk te verlammen of te verzwakken. Maar als uiterlijke omstandigheden ons op de knieën dwingen, vinden we wel vaak de bereidheid een richting in te slaan waar we veel later pas plezier aan gaan beleven.
2.1.2.173Moet ons hart eerst worden gebroken voordat we ons kunnen overgeven aan de hogere macht? Vaak is dat zo, maar niet wanneer we acht slaan op leraren, profeten, zieners en wijzen.
2.1.2.174Wanneer wij klaar zijn voor deze Zoektocht, maar koppig blijven vasthouden aan onze oude vertrouwde manier van denken en leven, kan het Overzelf al dan niet besluiten om karma te activeren dat ons uit ons oude leven wegscheurt...
2.1.2.175,De meesten van ons hebben een drastische schok, een geforceerd wakker schudden of een scherpe prikkel nodig om uit de lange slaap, die ons egoïstische bestaan in feite is, te ontwaken, vooropgesteld dat we bij levende spiritualiteit uit willen komen. Dit is alleen maar effectief als we oude gewoonten en neigingen verbreken, zodat op die manier een nieuwe mens ontstaat…
2.1.2.177,Als we tot het punt komen waarop heel ons uiterlijke leven in rampspoed oplost, bereiken we ook het punt waarop we inzien dat deze zoektocht onze enige uitweg is. Maar we kunnen deze waarheid ook over het hoofd zien en deze kans missen.
2.1.2.178Wanneer iemand op miraculeuze wijze van groot – misschien zelfs levensbedreigend – gevaar gered wordt, dan heeft dat een bedoeling.
2.1.2.180Voordat we op dit pad terechtkomen, moeten we wellicht jarenlang zoeken, struikelen en worstelen.
2.1.2.181Wanneer we ons door anderen tot onder ons eigen niveau laten verlagen, kan wroeging en afschuw, of lijden en zelfbehoud ons dwingen naar ons eigen niveau terug te keren.
2.1.2.182Het is voor diegenen die vinden dat hun leven méér zou moeten inhouden dan alleen het vervullen van materiële behoeften of zelfs louter het bevredigen van intellectuele nieuwsgierigheid.
2.1.2.185Als iemand er genoeg van krijgt van anderen te moeten horen dat hij een ziel bezit en besluit er zelf op uit te gaan om dat te ervaren, wordt hij een mysticus…
2.1.2.187,We zullen pas naar het echte leven op zoek gaan nadat we hebben ervaren hoe onzeker de menselijke liefde is, hoe vergankelijk de menselijke hartstocht is, en hoezeer onze menselijke handelingen tekort schieten.
2.1.2.188Wanneer onze geest voldoende ontwikkeld is zal de aanwezigheid van het Overzelf in ons vroeg of laat een verlangen naar de waarheid ontwikkelen en een verlangen naar de abstracte vragen over het leven, God en de mens.
2.1.2.190De wetenschap dat ons leven in deze wereld nooit helemaal bevredigend kan zijn zorgt ervoor dat we ons ooit aan de Zoektocht gaan wijden.
2.1.2.191Zij aanvaarden deze zoektocht omdat ze op zoek zijn naar iets van warmte, vriendelijkheid en vrede, achter de misère, ellende en wreedheid van deze chaotische wereld.
2.1.2.203Wanneer we tot volle wasdom zijn gekomen hebben we genoeg levenservaring opgedaan om ons een oordeel over menselijke aangelegenheden te kunnen vormen. Dan gaan we onszelf vragen stellen, de grote vragen die de mensheid zich sinds het begin van de oudheid heeft gesteld: Wat ben ik, en waar ben ik naar op weg?
2.1.2.209Er zijn miljarden soorten wezens in allerlei vormen in de universa verspreid door de kosmos. Ze verschijnen en verdwijnen, ze komen en gaan, groeien en gaan teloor, ageren en reageren. Dit is al sinds onheugelijke tijden aan de gang; maar in de geest van ons, denkende mensen, zou de vraag op moeten komen: “Welk doel had en heeft dit alles, en waartoe zal het uiteindelijk leiden?”
2.1.2.211Wij kunnen het leven echt op waarde schatten nadat we alles wat de moeite waard is hebben meegemaakt. Dit is de langste en pijnlijkste weg. Of wij kunnen dat doen door te luisteren naar de leringen van spirituele zieners, en daar geloof aan hechten. Dit is de kortste en gemakkelijkste weg. De aantrekkingskracht van de eerste weg is echter zo groot, dat het over het algemeen de enige weg is die door de mensheid gevolgd wordt …
2.1.2.213,Voordat we beginnen met de innerlijke zuivering die aan de geestelijke zoektocht vooraf dient te gaan en met de mentale training die daar een aanvulling op is, hebben we een zekere stimulans nodig. Waar vinden we die? Het antwoord op deze vraag is voor elke persoon anders, omdat het afhangt van het niveau van ontwikkeling, het karakter en het levenslot van diegene. Terwijl sommigen die stimulans vinden in de vreugdeloosheid die voortkomende uit levensmoeheid, vinden anderen deze juist in de vreugde die voortkomt uit een Glimp van Inzicht. Nog weer anderen worden voortgedreven door een verlangen de Waarheid te kennen of zichzelf te verbeteren, of volgen simpelweg blindelings de neigingen uit vorige levens.
2.1.2.221Als de Leer gemakkelijk ingang bij ons vindt vanaf onze eerste kennismaking er mee, als een soort noodzakelijke behoefte, is dit vaak een teken dat wij de Leer reeds eerder gevolgd hebben in vorige levens.
2.1.2.224Een leerling die de Zoektocht in dit leven weer oppakte, beschreef het als een gevoel van hereniging, van thuiskomen.
2.1.2.225Als hij er achter begint te komen dat de gewone doelen van het menselijk leven andere, veel belangrijker doelen aan het gezicht onttrekken en dat hij ze zelf zal moeten ontdekken, kan het zijn dat hij de leringen van hen die verder op dit pad zijn gegaan gaat bestuderen.
2.1.2.227Het zijn niet alleen degenen die alle beperkte middelen om geluk te bereiken hebben opgebruikt die zich afkeren en deze zoektocht aangaan: er zijn ook mensen die nog steeds in staat zijn om te genieten, maar die na het ervaren van een enkele Glimp van Inzicht of na het begrijpen van verwijzingen uit de wereld van bezielde kunst, worden aangetrokken tot een leven op een hoger niveau.
2.1.2.241Waar sommigen zich om negatieve redenen van de wereld afwenden, vanwege hun ellende en teleurstelling, beginnen anderen aan de zoektocht om positieve redenen. Zij voelen, vermoeden of hebben gehoord, dat er een hoger niveau van bestaan mogelijk is, en geven gehoor aan de roep van het goddelijke.
2.1.2.242Dieper dan alle andere verlangens is de behoefte om zich bewust te worden van het Overzelf. Dat verlangen kan zich in het begin niet rechtstreeks uiten, dus drukt het zich uit op de enige manier waarop wij dat toestaan – eerst als lichamelijke, en daarna als emotionele en intellectuele zoektocht naar geluk.
2.1.2.244De impuls die ertoe leidt dat we ons op dit pad begeven is niet altijd uit te leggen. Het is soms moeilijk te zeggen waarom we aan die impuls gehoor geven, terwijl het reeds van begin af aan de natuurlijke behoeften van het ego zal belemmeren en uiteindelijk zal leiden tot het tegennatuurlijke uitvlakken van het ego. We weten alleen dat er binnenin ons iets is dat van ons vraagt de reis te beginnen en ons op het pad houdt, ondanks dat het onze trots, onze hartstocht en ons ego pijn doet.
2.1.2.245We kunnen net zo min helpen dat we ons op de zoektocht bevinden als dat we het kunnen helpen hier op aarde te zijn. De hunkering om de innerlijke mysteries van het leven te leren kennen, en het verlangen de vrede en liefde van de Ziel te ervaren zal ons nooit verlaten. Zij zijn deel van ons, net zoals handen en voeten deel van ons lichaam zijn.
2.1.2.251Het is natuurlijk en onvermijdelijk dat we er naar gaan verlangen ons met onze goddelijke oorsprong te verenigen, zodra we door alle ervaringen voldoende gerijpt zijn.
2.1.2.252Er komt een tijd dat deze zoektocht, onder de druk van het mysterieuze innerlijke zelf, de belangrijkste uitdaging van ons leven wordt.
2.1.2.257Waarom zoeken zij de waarheid? Omdat zij eindelijk gevoelig genoeg zijn geworden om het goddelijke in henzelf op te kunnen merken; het Overzelf waarin alleen waarheid bestaat. Het feit van het bestaan ervan heeft hen – zonder dat zij zich er bewust van waren – innerlijk gestimuleerd en bij hen uiteindelijk de behoefte gewekt om zich van het Overzelf bewust te worden, en ermee samen te werken.
2.1.2.258De drang om de Zoektocht aan te gaan en de impuls om een hoger bewustzijn te ontwikkelen, komen beide van het Overzelf.
2.1.2.263Er is iets in ons binnenste dat ons niet laat berusten in wie we zijn, maar ons aanspoort aan het hoogst mogelijke te denken.
2.1.2.265De paradox is dat wanneer je de eerste stap zet op deze Zoektocht, het Genade is die je ertoe aanzet. Toch denk je en doe je alsof je deze goddelijke gift nooit hebt gekregen.
2.1.2.266Er komt een moment dat onze onvervulde mogelijkheden ons beginnen te achtervolgen, wanneer ons diepste geweten protesteert tegen hoe we onze tijd verspillen.
2.1.2.267Te intelligent om de bekrompen kortzichtige kijk op het leven te accepteren, te idealistisch om een louter dierlijke bevrediging van verlangens te accepteren, hebben wij leiding nodig. Daar is de Zoektocht voor.
2.1.2.271Het besef van onze eigen onvolmaaktheid wekt bij ons vroeg of laat de drang op om de volmaaktheid te zoeken, dat wil zeggen om de Zoektocht aan te gaan.
2.1.2.275Wanneer wij gaan inzien hoe ons kleine ego ons zoveel pijn, verdriet, teleurstelling en jaren van tijdverspilling heeft gebracht, en – zélfs als het ego ons succes bracht – de successen achteraf vals en bedrieglijk bleken te zijn, zullen wij er een grote weerzin tegen ontwikkelen. We willen niet langer leven vanuit het ego en we gaan er naar verlangen er helemaal vanaf te komen.
2.1.2.283Mensen van stand, rijkdom, invloed of macht kunnen zelfgenoegzaam worden, tevreden met wat zij zijn of hebben, of met waar zij zijn. Maar dit is een situatie die niet kan blijven voortduren. Waarom niet? Omdat het hogere doel van het leven, belichaamd in de Wereldidee, óók aanwezig is en – op het daarvoor bestemde moment – de juiste veranderingen teweeg zal brengen of de juiste druk zal uitoefenen.
2.1.2.285Sommige mensen lijken te hunkeren naar Waarheid. Dit komt omdat de maatschappij hen heeft uitgehongerd, en hen niets dan oppervlakkige voldoening heeft gegeven.
2.1.2.302Voor sommigen begint de spirituele zoektocht met het gevoel dat ze iets missen in hun leven, een behoefte die noch hun bezittingen noch hun relaties kan vervullen.
2.1.2.304Met deze gebeurtenis opent zich een nieuw tijdperk in ons persoonlijke leven. We voelen dat we, voor het eerst in ons leven, aan het echte leven geraakt hebben terwijl we het daarvoor enkel als een schaduw kenden. Het is de eerste schakel in een lange reeks positieve gevolgen die daaruit voortkomt. Daarom is het gelijk ook de belangrijkste. Degene die zich trouw heeft verklaard aan het Overzelf – en het feit dat diegene met de zoektocht begonnen is, is daar zowel een bevestiging van als een symbool voor – neemt een verplichting op zich waarvan hij of zij de volledige en enorme reikwijdte slechts vaag en gedeeltelijk kan overzien.
2.1.2.309Wanneer we zo'n glimp van onze goddelijkere mogelijkheden opvangen zullen we er voor altijd door achtervolgd worden totdat we proberen ernaar te leven. Het streven hiernaar zal ons vroeger of later naar de Spirituele Zoektocht leiden.
2.1.2.313Het gevoel dat we ons niet op de juiste plaats bevinden brengt ons er toe naar een leer of leraar op zoek te gaan.
2.1.2.319Alle gebeurtenissen die plaatsvonden vóór we ons op de zoektocht begaven, hebben samengewerkt om ons daartoe te brengen.
2.1.2.326Zij zijn niet noodzakelijkerwijs materialistischer. Ze zijn simpelweg nog niet begonnen om over het leven na te denken, om de zin van het leven te onderzoeken en te vragen naar het doel ervan.
2.1.2.334Er zijn in het huidige tijdsgewricht zoveel activiteiten die onze aandacht en energie opeisen, dat de moderne mens denkt dat hij geen tijd meer heeft om zijn ziel te vinden. Dus zoeken we er niet naar, en blijven ongelukkig.
2.1.2.342De meeste mensen onderwaarderen zichzelf, hoewel ze zich er niet bewust van zijn. Alhoewel een deel van ons goddelijk is, wordt het genegeerd en verwaarloosd.
2.1.2.357De meeste mensen zijn als slaapwandelaars, opgeslokt in hun eigen illusies, waarvan het geloof dat ze wakker zijn de allergrootste is.
2.1.2.362Zolang we ons volledig op de fysieke wereld gericht houden, kunnen we gedachten als deze weliswaar lezen, maar bereiken ze niet onze geest.
2.1.2.393Mensen leven grotendeels in een staat van waan en bedrog, vooral zelfbedrog. Waarom ben ik hier op aarde? is een vraag waarop ze maar één antwoord kunnen vinden: om hun eigen materiële verlangens te bevredigen.
2.1.2.406,… Deze nieuwe ideeën hebben dezelfde eigenschappen als zaden; door het water van onze eigen bezieling en het zonlicht van zichtbare en onzichtbare krachten, zullen ze stap voor stap uitgroeien tot vruchtbare inzichten en daden. Want de karmische gevolgen van zulk een belangstelling zal een op een zekere dag resulteren in een wedergeboorte bij een familie waar volop gelegenheid tot ontwikkeling wordt geboden.
2.1.2.416,Het verlangen naar geestelijk licht borrelt spontaan in het hart op. Dat gaat geheel vanzelfsprekend. Maar begeerten, egoïsme en materialisme houden die bron zo lang toegedekt dat het onnatuurlijk lijkt.
2.1.2.417Het perfecte mag ons dan wel aanspreken omdat het van het Overzelf komt, maar het ego zal allerlei obstakels en weerstanden opwerpen tegen het bereiken ervan.
2.1.2.419Uitstel kan riskant zijn. Later is misschien te laat…
2.1.2.425,Menselijke wezens worden meerdere mogelijkheden geboden om met zichzelf in het reine te komen. Daarin schuilt de barmhartigheid van de hogere kracht.
2.1.2.427… Wat we denken en doen spiegelt ons karma aan ons terug…
2.1.2.439,Laat niemand de vergissing begaan om de geestelijke zoektocht van het dagelijks leven af te zonderen. Het is het Leven zelf! Zoekers vormen geen afzonderlijke groep, een speciaal soort waar men al of niet bij hoort, maar beslaan de hele mensheid.
2.1.2.440Doelbewust en weloverwogen, of onbewust en blind zijn wij allemaal op zoek naar de waarheid, maar we kunnen dit alleen doen naar gelang onze vaardigheden, bekwaamheid, omstandigheden en bereidheid dat toelaten.
2.1.2.443De mensheid is zo dicht bij God en toch zo ver weg van God! Elke nieuwe dag is een nieuwe oproep van het Overzelf aan de mens.
2.1.2.445In elk mens houdt zich een wezen schuil dat in alle opzichten superieur is aan de persoon die hij in het alledaagse leven is.
2.1.2.446De goddelijke ziel huist in elk mens. Daarom kan ieder mens haar vinden, mits diegene de vermogens gebruikt waar hij of zij reeds over beschikt.
2.1.2.448Wij zijn geschapen naar Gods evenbeeld in de zin dat wij latent bepaalde goddelijke eigenschappen bezitten, maar deze moeten middels evolutie wél ontwikkeld worden. Dat kan traag gaan via de weg van alledaagse ervaringen, of snel door zich op de Zoektocht te begeven.
2.1.2.457Omdat God verborgen is in alle schepselen, zoeken alle schepselen voortdurend naar God. Dit geldt zélfs wanneer we ons in onze onwetendheid vergissen in het doel van onze zoektocht en op zoek denken te zijn naar iets anders. Alleen de Zoektocht leidt tot het bereiken van zelfbewustzijn.
2.1.2.462Deze wijsheid is sluimerend in zowel goede als slechte mensen aanwezig. Elke morele gesteldheid kan tot uitgangspunt dienen. Jezus sprak net zo makkelijk tot zondaars als tot mensen met een betere inslag. Zijn woorden waren niet vergeefs, zoals bleek uit de gebeurtenissen die daarop volgden. Krishna beloofde zelfs verlossing aan degenen die grote misdaden hadden begaan.
2.1.2.471Er is hoop voor iedereen en er zijn zegeningen voor zowel de armen als de rijken, de goeden als de slechten, want elk mens kan dit heldere licht bereiken. Sommigen komen daar gemakkelijk en snel, voor anderen kost het meer tijd.
2.1.2.473Alle ervaringen in het leven zijn er uiteindelijk op gericht om ons met volle overtuiging naar het Overzelf op zoek te laten gaan; om ons naar het begin van de Zoektocht te leiden.
2.1.2.475Profeten, leraren, wijzen en heiligen zijn in alle tijden tot ons gekomen om over het innerlijke leven en de innerlijke werkelijkheid te spreken die zij hadden ontdekt. Maar alleen diegenen die de moeite namen er naar te luisteren profiteerden van deze openbaringen, tijdingen en raadgevingen. Nog minder mensen hebben van de mogelijkheid gebruik gemaakt zich als leerling in hun voetspoor te begeven.
2.1.2.480Kennis van de hogere wetten en bewustzijn van het hogere zelf brengen speciale verplichtingen met zich mee. Het toepassen ervan geeft namelijk de verantwoordelijkheid ernaar te leven.
2.1.2.500… Het is alsof de goden een tijdje met ons willen spelen om ons geduld en uithoudingvermogen op de proef te stellen, alleen maar om te kijken hoe graag wij dit doel willen bereiken. Als we bij de eerste hindernis of tegenslag al opgeven, betekent dit dat we eigenlijk niet zo nodig hoeven. Maar als we volhouden en steeds maar door blijven gaan, ongeacht wat er gebeurt, ja dan zeggen de goden, hier is iemand die absoluut de waarheid wil kennen, dus moeten we het die persoon geven. Dit is de houding die we dienen te ontwikkelen…
2.1.2.503,… Degenen onder ons die zich op het grote pad hebben begeven dat ooit tot ultieme wijsheid zal leiden, moeten doorgaan – of het pad nu door verdriet of vreugde, zwakte of kracht, of een onrustige danwel vredige wereld leidt. Voor hen is er geen weg terug.
2.1.2.506,Wij zijn werkelijk vrij wanneer we de hele tijd de zoektocht trouw blijven – en niet door wat we bezitten in bezit genomen worden, niet door onze familie uit balans gebracht, en niet door onze verlangens overmand.
2.1.2.508Deze zoektocht is een reis waar je niet van terugkeert. Als je er eenmaal echt aan begonnen bent, is er geen weg terug meer. Je gelooft misschien dat je het in vertwijfeling hebt opgegeven of dat je voor een meer aards bestaan hebt gekozen, maar dan houd je jezelf voor de gek. Want op een dag zal ofwel een onderdrukte hunkering zich weer van je meester maken of anders zullen catastrofale gebeurtenissen je dwingen om weer op zoek te gaan naar deze laatste en altijd aanwezige toevlucht voor de mens.
2.1.2.510
17 apr 2012
6 mei 2012
6 jun 2012
18 sep 2012
21 maa 2018
24 apr 2021
21 sep 2019
8 jun 2021
4 jun 2018
17 sep 2019
12 aug 2017
13 aug 2015
30 jun 2018
5 dec 2021
22 jan 2018
23 maa 2022
11 okt 2022
11 sep 2015
8 sep 2024
25 aug 2023
21 maa 2024
8 dec 2017
18 jan 2020
26 jul 2021
21 okt 2017
20 okt 2021
6 maa 2013
12 apr 2019
13 dec 2016
22 mei 2013
17 nov 2016
7 apr 2016
24 okt 2015
28 nov 2024
24 mei 2016
21 jan 2013
23 feb 2019
20 apr 2019
24 mei 2013
20 maa 2013
3 aug 2018
30 nov 2023
19 aug 2018
18 sep 2024
8 apr 2017
22 dec 2016
27 nov 2016
5 jul 2024
2 jan 2020
4 mei 2023
28 aug 2024
25 nov 2021
2 jan 2019
20 jan 2014
27 jan 2018
29 jun 2012
22 dec 2022
8 okt 2019
12 maa 2023
11 aug 2020
15 okt 2021
16 maa 2017
11 apr 2016
22 mei 2021
23 nov 2012
8 jan 2023
26 nov 2020
23 dec 2015
29 nov 2023
31 jan 2023
29 maa 2018
21 aug 2022
20 sep 2023
9 dec 2016
9 jan 2018
10 feb 2020
6 mei 2024
11 nov 2020
8 okt 2023
18 jan 2018
18 apr 2018
14 feb 2021
17 mei 2024
28 okt 2023
19 jun 2013
26 dec 2010
21 mei 2018
1 jun 2014
15 maa 2018
14 aug 2015
21 maa 2012
16 maa 2019
29 jan 2016
2 mei 2011
1 apr 2017
28 sep 2020
16 dec 2017
23 jun 2020
23 mei 2017
18 aug 2017
11 jan 2016
6 jan 2019
8 feb 2016
23 nov 2022
6 feb 2022
13 jun 2016
The notebooks are copyright © 1984-1989 The Paul Brunton Philosophic Foundation
This site is run by Paul Brunton-stiftelsen · info@paulbruntondailynote.se